Datum

Aangepast


Interview

Susanne Volder


Tags

 (14)


Tuinfanaat in hart en ziel


Fotografie: Ruud Baan


Fotografie: Ruud Baan


Machteld Gravin van Limburg Stirum-Hooykaas over haar geliefde tuin SchoonOord, een goed bewaard Rotterdams geheim.

Wegdromen op slingerpaadjes onder torenhoge bomen met zingende vogels langs 200 jaar oude vijvers. Dat kun je in SchoonOord, tuin uit de 18e eeuw, vlakbij het Euromastpark. Dit stukje historie in de open lucht wordt met hart en ziel gekoesterd door beschermvrouwe Machteld Gravin van Limburg Stirum-Hooykaas. ‘Ik houd alles in de gaten en als er gevaar is, stap ik erop af.’

Hoe komt u aan uw indrukwekkende achternaam?
“Van mijn man! De van Limburg Stirums behoren tot de oudste geslachten van Nederland, uit het jaar 900. Hij is graaf en ik dus gravin. Dat is de hoogste adellijke titel in Nederland na de koningin. Zelf ben ik oer Rotterdams, geboren in Kralingen, in de Essenlaan. Mijn volledige naam gebruik ik alleen bij officiële zaken, papieren van de bank en dergelijke. Je kunt me gewoon aanspreken als mevrouw van Limburg Stirum. Zo kent iedereen me.”

Vanwaar uw liefde voor de tuin?
“Mijn stiefvader, de bankier Jacob Mees, kocht SchoonOord zo’n honderd jaar geleden bij het grote huis op de Westzeedijk 140, met al die klimop. Het witte huis was het tuinmanshuis. Hij wilde een gezonde omgeving voor zijn kinderen. Frisse lucht. SchoonOord is een paradijs in de stad met eeuwenoude vijvers en bomen, en het is er doodstil. Er scharrelden toen kippen, kalkoenen, pauwen en fazanten rond en er zwommen zwanen. Enig. Zelf heb ik 60 jaar in en bij het grote huis gewoond. Wij zijn daar getrouwd en onze jongste zoon is er geboren. Mijn stiefzusje woonde in de tuin met haar dochter, daar staat ook een huisje. Heel gezellig.”

Maar nu is iedereen welkom.
“In 1970 is SchoonOord een stichting geworden en open gegaan voor publiek, enkele jaren voordat mijn stiefvader stierf. Hij vond dat andere mensen ook van onze tuin moesten kunnen genieten. Zijn voorwaarde was wel dat de plantsoenendienst van de gemeente de boel zou onderhouden. Dat doen ze. Hele aardige tuinbazen zijn het. De tuin is open van 08:30 tot 16:30 uur. Mijn man en ik kunnen er altijd in, we hebben de sleutels. Niet iedereen weet van de tuin af. Maar iedere dag zijn er bezoekers. Van kantoortypes die hun boterhammetje zitten te eten, tot mensen uit de buurt. Of juist van heel ver weg. Dan hebben ze over SchoonOord gelezen op de website.”

U moet ontzettend veel weten over Schoonoord.
“Dat klopt, ik ben de laatste die alles nog weet. Daarom heb ik er ook een boek over geschreven; ‘De historische tuin SchoonOord nader bekeken’. Ik geef lezingen en rondleidingen aan tuinclubs, geschiedkundigen en andere groepen. Een keer per jaar vergadert de familie over de tuin en breng ik een rapport uit, van wat ik denk dat er gedaan moet worden, wat er kapot is, of niet mooi. Niets ontgaat mij en ik ben nergens bang voor. En als er gevaar is, stap ik erop af. Wanneer de tuinbazen op vakantie zijn loop ik nog meer rond dan anders. Want je krijgt hier af en toe ook raar volk, junkies en zo. Onlangs nog! Liepen er opeens sexy vrouwen.”


Verder lezen…


Sexy vrouwen in de tuin?
“Ja! Eerst zag ik alleen een man bij het hek met een camera. Anderhalf uur later liepen mijn man en ik SchoonOord in voor een wandelingetje. En wat zie ik? In mijn stuk tuin, bij de varens, waar ik heel erg van hou, staat een meisje met ontbloot bovenlijf te poseren. Ik heb de fotograaf boos toegesproken. Hij spurtte daarop naar de uitgang, maar dat kind kon zich niet zo gauw aankleden. Ze moest oppassen dat ze niet op mijn plantjes ging staan natuurlijk. De tuinbaas had niks gezien. Kijk, dat soort dingen doe je maar in het park. Dit is een privé tuin. Ik wil hier geen gedonder. Dat bederft het plezier voor de andere mensen.”

Vergt de tuin veel onderhoud?
“Natuurlijk. Maar SchoonOord is een Engelse landschapstuin, ontworpen door de beroemde tuinarchitect Zocher, de man van de doorkijkjes en slingerpaadjes. Zo’n tuin moet een beetje wild zijn. Er staan vooral veel struikjes en mooie bomen. Door de stinsenplanten, dat zijn oerplantjes die je alleen vindt op oude landgoederen, is de begroeiing elk jaar anders. De ene keer wilde narcissen, de andere keer lelietjes-van-dalen. Dat gaat vanzelf, met behulp van de vogels, die de zaadjes verspreiden. De plantsoenendienst heeft het geheel door de jaren heen wel een beetje geciviliseerd. Ze hebben een binnentuintje gemaakt en daar zetten ze dan viooltjes in, voor de kleur. Ik zeg tegen ze dat ik het heel mooi vind, maar eigenlijk hoort dat niet in een landschappelijke tuin.”

Discussieert u vaak met de tuinbaas?
“Zeker, over de bomen bijvoorbeeld moet vaak worden overlegd. Het grondwaterpeil is hoog hier, de boomwortels gaan niet diep. Dan worden ze gevaarlijk. Je kunt ze trimmen, of andere bomen neerzetten. Maar je moet goed nadenken voor je wat doet. We hadden een uil, die zat in een 85-jarige kastanjeboom. De stam was aan het splijten, dus hebben ze de kastanje vorig jaar gekapt. Weg uil. De buurvrouw zegt dat ze hem nog hoort, dus hij zit ergens anders, maar ik wil ‘m zo graag hier. We zaten te wachten op het nest met kleintjes.”

Zijn er bedreigingen voor het voortbestaan van Schoonoord?
“Oh nee, de familie Mees is dol op SchoonOord. Ze doen er alles voor. Hoogstens die klimop. Bomen gaan er dood van. De stammen kunnen er tegen, maar als het naar de takken gaat stikken ze. De klimop zat ook op die hele mooie, historische muur achterin. Ik heb er drie jaar lang bij de plantsoenendienst op aangedrongen dat het er af moest. Toen ze de klimop hadden verwijderd, bleek de muur erg beschadigd. Monumentenzorg heeft ‘m gerepareerd met prachtige ijsselsteentjes. Iedere dag sta ik me aan die muur te verheerlijken. ‘t Is bijna ziekelijk!”

Dit artikel werd in 2012 gepubliceerd in Rotterdampas Magazine.

 

 

Attachment